De Stad Menen heeft sedert 16 mei 1959 een merkwaardige collectie kunstwerken van Yvonne Serruys.
In 1952 had Yv. Serruys bij handgeschreven testament haar zuster Jenny Bradley Serruys tot haar universele legataris gemaakt. In dit testament werd o.m. gevraagd haar werken te exposeren in een honorabele zaal en het resterend gedeelte bestaande uit modellen, replieken en schetsen aan de Stad Menen over te maken, mits deze er een behoorlijk lokaal voor zou ter beschikking stellen. In ditzelfde testament werd tevens gevraagd dat de zorg voor deze laatste werken aan de heer Fred Wallecan zou worden toevertrouwd.
Mevrouw Jenny Bradley-Serruys besloot echter de totaliteit van de beschikbare werken van haar zuster aan Menen te schenken. ,,On donne tout ou on ne donne rien", zo zei ze. Terecht was zij van mening dat men pas dàn een kunstenaar naar waarde kan schatten wanneer men zijn evolutie kan waarnemen doorheen zijn oeuvre.
Mevrouw Bradley-Serruys behield voor zichzelf slechts enkele familie-souvenirs van haar zuster.
Rond die periode werd een deel van de eigendom van de Gas en Elektriciteitsmaatschappij door de Stad aangekocht met het doel er de Muziekschool, de Technische diensten van de Stad en het Museum onder te brengen.
In totaal ontving de Stad een zeventigtal stuks gaande van schetsen over schilderijen tot monumentale beelden in brons en marmer en 40 bustes. De belangrijkste werden in het museum opgesteld door de hr. Fred Wallecan. De opening had plaats op 16 mei 1959 in tegenwoordigheid van Mevrouw Jenny Serruys, die de aflevering van het legaat ondertekende en aan wie het ereburgerschap werd toegekend.